Verkeersdoden in Nederland: statistieken aantallen 2022

In 2022 vielen er 737 doden in het verkeer in Nederland, 155 meer dan in 2021. Dat blijkt uit de nieuwste cijfers over verkeersdoden van het CBS. Een forse toename, waarmee het doel van het kabinet van nul verkeersslachtoffers in 2050 verder weg dan ooit lijkt. Om welke aantallen verkeersdoden gaat het precies? Wat zegt dit over de verkeerveiligheid? Maar ook, hoe zit het met de zorg voor de nabestaanden?


Bijna vier op de tien van de verkeersdoden bestaat in 2022 uit fietsers in ruim drie op de tien is auto-inzittende. De meeste doden in het verkeer vallen onder ouderen: in 2022 waren 399 (54%) verkeersdoden 60 jaar of ouder. Kinderen (0-14 jaar) komen juist relatief weinig om in het verkeer; in 2022 waren dat er 23. Het grootste aantal verkeersdoden viel in 2022 buiten de bebouwde kom (49% van het totaal aantal verkeersdoden). De nieuwste cijfers van het CBS zijn niet alleen zorgwekkend als het gaat om de verkeersveiligheid in Nederland, maar ook schrijnend als je bedenkt dat elk dodelijk verkeersslachtoffer gemiddeld vier nabestaanden achterlaat.

 

 

Verkeersdoden in Nederland in de laatste tien jaar, naar vervoerswijze. * De categorie brom-/snorfiets bevat ook brommobielen en speed-pedelecs. Bron: CBS StatLine (Statistiek Verkeersdoden)

Meeste slachtoffers fietsers

De meeste slachtoffers in 2022 waren fietsers. Er verongelukten 84 fietsers meer dan in 2021. De toename was het sterkst onder fietsers van 75 jaar en ouder, Dat waren er in 2022 150, in 2021 waren dat er nog 94. Van de fietsers die verongelukten had bijna de helft een aanrijding met een (bestel)auto. Een kwart van de fietsdoden viel bij een eenzijdig ongeluk, bijvoorbeeld door een glad wegdek, een verkeerde stuurbeweging of omdat de fietser onwel werd.

 

 

Aantal verkeersdoden Nederland

Verkeersdoden in Nederland in de laatste tien jaar, naar vervoerswijze. * De categorie brom-/snorfiets bevat ook brommobielen en speed-pedelecs. Bron: CBS StatLine (Statistiek Verkeersdoden)

Ontwikkeling aantal verkeersdoden in Nederland

In 1950 waren er vooral veel fietsers en voetgangers onder de verkeersdoden. Daarna steeg het aantal bromfietsers en vooral auto-inzittenden. Wat een logische ontwikkeling was, omdat deze voertuigen steeds meer  het straatbeeld domineerden.  Vanaf 1973 daalde het aantal verkeersdoden voor vrijwel alle vervoerswijzen. Met uitzondering van motoren en vracht- en bestelverkeer. De laatste jaren zijn fietsers de grootste groep onder de verkeersdoden.

verkeersdoden cijfers en statistieken

Verkeersdoden in Nederland sinds 1950, naar vervoerswijze. De categorie brom-/snorfiets bevat hier ook brommobielen, scootmobielen en invalidenvoertuigen. Bronnen: CBS (politieregistratie t/m 1975; Statistiek Verkeersdoden vanaf 1996), IenW (VOR, politieregistratie tussen 1976 en 1995).

Verkeersdoden door alcohol of drugs

Alhoewel het niet exact bekend is hoeveel doden en gewonden in Nederland vallen door alcoholgebruik in het verkeer, lijkt hier ook een zorgelijke trend gaande. Uit cijfers die de NOS heeft opgevraagd bij de politie blijkt een flinke stijging. De werkelijke aantallen zijn zeer waarschijnlijk hoger omdat er alleen onderzoek wordt gedaan naar middelengebruik als de veroorzaker van het ongeluk het overleeft.Ongeveer twee derde van alle ernstige alcoholongevallen wordt veroorzaakt door een relatief kleine groep zware alcoholovertreders. Het ongevalsrisico van een automobilist is bij een bloedalcoholgehalte (BAG) van 0,5‰ ongeveer 1,4 keer hoger dan bij nuchter rijden. Bij 1,0‰ is het risico bijna vier keer zo hoog, en bij 1,5‰ meer dan twintig keer.

Maatschappelijke kosten per verkeersdode

De maatschappelijke kosten van verkeersongevallen zijn enorm. Volgens het SWOV bedragen de maatschappelijke kosten van verkeersongevallen worden geschat op € 17 miljard in 2018 (€ 15,8 tot € 18,6 miljard): vergelijkbaar met ruim 2% van het bruto binnenlands product (bbp).

De geschatte kosten per verkeersdode bedragen € 2,9 miljoen. Voor een ernstige verkeersgewonde is dat € 310.000.

Verkeershufters

We zien dat er een percentage weggebruikers is, dat hardnekkig de regels aan de laars blijft lappen: veelplegers van overtredingen. Of zelfs verkeershufters die willens en wetens gevaarlijke situaties veroorzaken. Een strengere aanpak is wettelijk gezien al mogelijk. Toch lijkt dat niet genoeg om nieuwe slachtoffers te voorkomen. Daarom hebben we de expertgroep ‘Aanpak veelplegers in het verkeer’ in het leven geroepen. Maatregelen moeten ervoor zorgen dat ze niet opnieuw in de fout gaan. Eén van de maatregelen die de expertgroep onderzoekt, is de monitoring van het rijgedrag. We noemen dit ook wel verkeersreclassering, je staat onder toezicht. Met bijvoorbeeld een ingebouwd kastje in de auto kan de betrokkene aantonen dat hij rijvaardig én rijwaardig is en geen gevaar op de weg (meer) is.

Rouwklachten bij nabestaanden

De forse toename van het aantal verkeersdoden is zorgelijk. Carlo Contino, adjunct directeur en hoofd beleid: “Dit zijn schrikbarende cijfers. Zeker als je je realiseert dat er achter die cijfers een hoop leed schuil gaat. Gemiddeld zijn er bij elke verkeersdode vier directe nabestaanden voor wie het leven niet meer hetzelfde is. Bij een plotseling verlies, zoals een verkeersongeval, loopt één op de twee nabestaanden het risico om complexe rouwklachten te ontwikkelen. Ze lopen vast op school, het werk of in relaties en zijn gebaat bij professionele hulp op maat om hun leven weer op de rit te krijgen. Het belang van verkeersveiligheid, aandacht voor de cijfers en de oorzaken is één ding, maar goede zorg aan nabestaanden zeker niet minder belangrijk.”