Zelf schoonmaken na moord of doodslag: minister belooft oplossing

Een dierbare wordt slachtoffer van een bloederige moord in eigen huis. De politie voert onderzoek uit en na het onderzoek mag je het huis weer in. Waar de sporen van de moord nog duidelijk zichtbaar zijn. En de schoonmaak? Daar ben je zelf verantwoordelijk voor. Het overkwam Mariët, moeder van de in 2020 vermoorde Shelley. In datzelfde jaar werden nog 119 anderen slachtoffer van moord en doodslag. En hoewel de minderheid in dezelfde situatie als Mariët belandt – soms springt de politie bij – is elk geval er één te veel. Al verschillende keren werd alarm geslagen over de situatie, maar een daadwerkelijke structurele aanpak bleef tot nu toe uit.

Oplossing voor einde van het jaar

Nabestaanden zijn dus nog steeds verantwoordelijk voor de schoonmaak na moord. Onacceptabel, vonden onder andere Tweede Kamerlid Michiel van Nispen (SP) en Lilian Helder (PVV). Tijdens het commissiedebat slachtofferbeleid van woensdag 1 juni brachten zij het onderwerp ter sprake. Met resultaat: ten aanzien van de volledige commissie voor Justitie en Veiligheid beloofde Minister voor Rechtsbescherming Franc Weerwind (D66) op korte termijn verbetering. Nog voor het einde van het jaar zegt hij een eenduidige, landelijke werkwijze te presenteren. Eerder lukt volgens de minister niet: „Ik moet kijken hoe ik dit ga betalen, hoe zorg ik voor een landelijk dekkend netwerk, hoe zorg ik dat het snel gebeurt en er geen weken of maanden tussen liggen.” In het plan worden niet alleen fatale misdrijven, maar ook suïcides  meegenomen.

Noodhulpfonds voor (financiële) hulp na moord

Vindt een moord plaats in de openbare ruimte, dan is de gemeente verantwoordelijk voor de schoonmaak. Gebeurt het in iemands huis, dan ligt de verantwoordelijkheid bij de nabestaanden.  Zo staan zij voor de keuze om het zelf te doen of om een gespecialiseerd schoonmaakbedrijf in te huren. Maar die laatste optie is niet voor iedereen financieel toegankelijk. Voor situaties als deze is er het Noodhulpfonds. Hulpverleners, belangenbehartigers of andere instanties die nabestaanden ondersteunen na moord kunnen via dit fonds een aanvraag doen voor (financiële) noodhulp. Want nabestaanden mogen nooit, maar dan ook nooit, verantwoordelijk zijn voor het schoonmaken na de moord van een dierbare.