De recente cijfers met betrekking tot seksueel geweld zijn verontrustend. Uit de dadermonitor valt met name op hoeveel slachtoffers én daders minderjarig zijn. Zo is meer dan een kwart van de daders onder de achttien jaar. Wat hierbij een grote rol speelt is dat er veel meer online gebeurt. Tijdens de eerste lockdown kwamen er twee keer zoveel meldingen binnen van jongeren die slachtoffer waren van ‘sextortion’: het dreigen met het online zetten van naaktbeelden van het slachtoffer als hij of zij niet betaalt. Anders dan bij de klassieke vorm van loverboys, waar een maandenlange opbouw aan voorafgaat, wordt online soms al binnen twee dagen een seksueel delict gepleegd. Bij het aanpakken van seksueel geweld zou de online leefwereld van jongeren daarom centraal moeten staan.
De oplossing is niet eenduidig
Seksueel geweld komt in het hele land en in alle lagen van de samenleving voor. Toch blijkt het vaak om kwetsbare jongeren te gaan waarbij sprake is van multiproblematiek. Denk aan schooluitval of een onveilige thuissituatie. Ook zien we dat sommige slachtoffers zodanig getraumatiseerd zijn dat zij zélf dader worden. Uit de cijfers blijkt bovendien dat meer dan de helft van de slachtoffers geen aangifte doet. Vaak omdat ze niet durven, maar ook omdat ze niet beseffen dat er sprake is van een delict.
Duidelijk is dat scholen, overheden en instanties hier een belangrijke rol in spelen. Jongeren leren onvoldoende over het stellen en respecteren van grenzen. Dit zou een standaard thema moeten zijn in onderwijs en opvoeding. Ook binnen jeugdwerk en jeugdzorg zou er meer moeten worden getraind in het bespreekbaar maken van seksueel geweld.
Volgens Bolhaar is voorlichting en een vroege signalering van problemen bij jongeren heel belangrijk om daderschap – en dus slachtoffers – te voorkomen. En als er toch seksueel geweld plaatsvindt, moet er alles aan worden gedaan om herhaling voor te zijn. Daarom vraagt ook het re-integratietraject van daders meer aandacht.
Berechting moet (en kan) sneller
Ook de berechting van daders moet volgens de rapporteur sterk worden verbeterd. De dadermonitor laat zien dat de doorlooptijd alleen maar langer is geworden. Waar een vonnis in 2015 gemiddeld 359 dagen op zich liet wachten, duurde het in 2019 maar liefst 417 dagen. Behalve dat dit het herstel voor slachtoffers nog moeilijker maakt, zorgt het ook voor een afname van aangiftebereidheid. Een snellere afhandeling zou bovendien een positieve invloed hebben op de effectiviteit van de straf van jonge daders.
In Groningen gaat de afhandeling van strafzaken twee keer sneller dan in Amsterdam. Het kán dus wel. Politie, OM en de Rechtspraak moeten hier volgens Bolhaar daarom zo snel mogelijk verbetering in brengen.
Complex probleem vraagt om andere aanpak
Een eenduidige oplossing is er niet, maar de huidige aanpak van seksueel geweld sluit duidelijk niet goed aan bij de complexiteit van het probleem. Het volgende kabinet ligt dus een ingewikkelde maar belangrijke taak te wachten. Volgens Bolhaar is het nu tijd om het beleid waarin de afgelopen jaren is geïnvesteerd, om te zetten in daadkracht en uitvoering. Daarnaast vraagt de huidige situatie ook van betrokken instanties meer actie, meer maatwerk en een betere samenwerking.
Slachtoffer van seksueel geweld?
Uit eerder onderzoek bleek dat één op de vijf jongens en bijna de helft van alle meisjes voor hun achttiende jaar seksueel geweld meemaakt. En dat in totaal ruim 20.000 kinderen per jaar slachtoffer zijn van aanranding, verkrachting of sextortion. Fonds Slachtofferhulp deelt de zorgen over de huidige aanpak en zet zich in voor jonge (en oudere) slachtoffers.
Ben jij of ken jij een slachtoffer van seksueel geweld? Via de Slachtofferwijzer vind je de juiste organisaties voor hulp bij juridische stappen, emotionele of praktische ondersteuning.