Als Kinderombudsman komt u op voor de rechten van kinderen en jongeren in ons land. Waarom is dit zo dringend nodig? En waar ziet u dat het misgaat?
“Kinderen hebben eigen rechten. Die zijn opgeschreven in het Internationale Kinderrechtenverdrag. Nederland heeft dit verdrag ondertekend. We zien dat er in de praktijk niet altijd rekening gehouden wordt met de rechten van kinderen. Daardoor kunnen kinderen niet meepraten én niet meebeslissen over belangrijke gebeurtenissen in hun leven. En nemen volwassenen beslissingen waarbij het belang van kinderen niet is meegewogen. Ik was laatst in gesprek met jongeren die in een gesloten jeugdzorginstelling hebben gezeten en daar geweld hebben meegemaakt. Een meisje vertelde mij dat ze een zacht persoon was toen ze daar werd geplaatst, toen ze eruit kwam had ze een heel kort lontje. Ze hadden allemaal veel last van het gebrek aan inspraak en invloed op hun leven. Pas nu ze in een stabiele situatie zitten en een fijne plek hebben om te wonen, komen ze tot rust en kunnen ze beginnen met het verwerken van de gebeurtenissen.”
Hoe zorgt u ervoor dat het belang van kinderen optimaal wordt meegewogen bij de totstandkoming en naleving van wet- en regelgeving?
“Het is erg belangrijk dat beleidsmakers en wetgevers zich realiseren dat veel wetten, regelgeving en beleid ook de levens van kinderen raken. Dat is nu nog niet vanzelfsprekend. Terwijl wetten en regels van invloed zijn op het welzijn en de ontwikkeling van kinderen. Op dit moment ontwikkelen we een kinderrechtentoets die inzichtelijk maakt welke kinderrechten mogelijk onder druk komen te staan.”
Het vertrouwen in de overheid staat al geruime tijd onder druk. In een rapport dat vorig jaar verscheen, schetst u dat als ouders een conflict met of wantrouwen in de overheid hebben, dat die achterdocht vaak over gaat op hun kinderen. Hoe kan dit tij gekeerd worden?
“Dat klopt, maar we zien ook dat dit vertrouwen weer hersteld kan worden, wanneer kinderen serieus worden genomen. In de eerste plaats is het belangrijk dat volwassenen met kinderen in gesprek gaan. Betrek kinderen wanneer er iets aan de hand is en leg het uit. Door het gesprek aan te gaan, wordt duidelijk wat de belangen en behoeften van kinderen zijn. Wanneer de overheid het gesprek aan gaat, kan het vertrouwen van kinderen in de overheid weer groeien.”
Samen met de Nationale Ombudsman bent u begin dit jaar een onderzoek gestart naar ervaringen in de jeugdhulp. Wat hoopt u hiermee te bereiken?
“De Kinderombudsman ontvangt ieder jaar veel klachten over situaties in de jeugdhulp. Het staat zelfs in de top 3 van onderwerpen waar we klachten over krijgen. Met het onderzoek willen we vooral te weten komen of kinderen en ouders die gebruik maken van de vrijwillige jeugdzorg genoeg inspraak hebben op de oplossingen van hun hulpvraag of probleem. We willen ook weten wat de gevolgen zijn wanneer gemeenten de zorgtaken uitbesteden aan private partijen. Voor het onderzoek spreken we met gemeenten, uitvoeringsorganisaties en uiteraard ook met ouders en kinderen. Het onderzoek is later dit jaar klaar.”
Wat kunnen we eigenlijk van kinderen leren?
“Wanneer we serieus met kinderen in gesprek gaan, kunnen we ontzettend veel van hen leren. Zo heb ik geleerd van een jongen met een ernstige verstandelijke beperking. Na zijn 18de had hij geen recht meer op onderwijs en ik vroeg hem waarom hij nog graag naar school wilde. Hij zei: ‘ik wil groter groeien’. En ik schaamde me bijna dat ik die vraag had gesteld. Had ik een andere jongere van 18 jaar ook deze vraag gesteld? Ik realiseerde me hierdoor hoe we kinderen met een beperking discrimineren. Dat zal ik niet meer vergeten. Kinderen willen meepraten en meedenken over het oplossen van problemen in hun eigen leven en problemen in de wereld.”