Stimuleringsfonds Rouw doneert restvermogen aan Fonds Slachtofferhulp

Stichting Stimuleringsfonds Rouw ontstond uit een eerdere stichting, waar de heer Bruintjes en mevrouw Muller ook bij betrokken waren. “Die stichting heette Landelijke Stichting Rouwbegeleiding. Dit ontstond destijds vanuit de uitvaartbranche”, vertelt de heer Bruintjes. “Je hebt een uitvaart achter de rug en mensen blijven alleen achter, zagen zij in hun praktijk. De stichting is opgericht met het idee om ruimte te geven aan mensen die nog eens een gesprek wilden of hun rouw wilden delen met anderen.”

Stichting Stimuleringsfonds Rouw bestond dankzij de uitgave van een speciale gids: ‘Gids na overlijden’. Deze werd verkocht aan uitvaartondernemers om uit te delen. “Daar is de stichting betrekkelijk vermogend van geworden en daardoor konden wij veel mensen helpen. Maar uiteindelijk werden wij ingehaald door andere initiatieven, vooral via internet. Toen ontstond een natuurlijk moment om dit initiatief te stoppen. De Landelijke Stichting Rouwbegeleiding heeft 20 jaar bestaan.”

Innovatieve initiatieven over rouw

Maar echt stoppen deed de organisatie van de stichting niet: er kwam er in 2010 een nieuwe stichting voor in de plaats, met behulp van het restvermogen van de oude stichting. “Met elkaar bedachten we dat we twee keer per jaar kleine aanvragen op het gebied van rouw gingen beoordelen.” In totaal steunde de organisatie ruim 130 projecten met een totaalbedrag van bijna 5 ton, inclusief de bijzonder hoogleraar benoeming van Jos de Keijser.

“De aanvragen konden van alles zijn, maar de voorwaarde was dat het innovatief moest zijn. Daar kan jij nog wat meer over vertellen”, knikt de heer Bruintjes naar mevrouw Muller.

“Denk aan theater, wetenschap, podcasts of boeken. Dat kregen wij ook allemaal binnen, ontzettend leuk”, vertelt mevrouw Muller. “Eén aanvraag die mij is bijgebleven was een aanvraag voor het kinderprogramma het Klokhuis. Wij konden hun serie over de dood steunen. In de vierdelige serie legden zij dood en afscheid uit aan kinderen. We deden ook een samenwerking met HUMAN voor een serie. Zo dood als een pier, heette dat. Ze volgden een groepje leerlingen van groep zeven. Daar leerden ze ook kinderen kennismaken met de dood.”

Het verschil maken

“We kwamen twee keer per jaar samen”, vertelt de heer Bruintjes. “Op dat moment behandelden wij de aanvragen die binnen waren gekomen en uitgebreid waren voorbereid door Ellen. We konden zo kleine aanvragen ondersteunen. Daarin konden we vaak net het verschil maken waardoor een project wel door kon gaan. Juist door die tijd te investeren in kleine projecten, maakten wij het verschil. Zoiets was er eigenlijk niet.”

Besluit om te stoppen

Nu heeft de organisatie van de stichting besloten om ermee te stoppen. Mevrouw Muller legt uit waarom. “Ons fortuin begon af te nemen en we worden ook allemaal wat ouder. We vroegen ons af of we ons vermogen dan helemaal op wilden maken, of liever weggeven aan een andere stichting die zich bezighoudt met rouw, nu het nog een mooi bedrag is. We kozen voor dat laatste en besloten 150.000 euro weg te geven. We kwamen in contact met Fonds Slachtofferhulp dankzij bijzonder hoogleraar Jos de Keijser, die wij beiden steunen. Fonds Slachtofferhulp houdt zich ook veel bezig met rouw, daarom vonden wij dit de juiste organisatie.”

Rouw bespreekbaar maken

“Het is jammer dat het nu voorbij is”, zegt de heer Bruintjes. “Zoals Jos de Keijser over ons zei: ‘Dit is de enige stichting die zich zo bezighoudt met rouw’. We hebben gezien dat rouw in de afgelopen decennia veel bespreekbaarder is geworden. Toen wij ooit met de eerste stichting begonnen, was er misschien één boekje. Nu zien wij steeds professionelere initiatieven voorbijkomen. Toch blijft het een moeilijk onderwerp, dat zien wij ook.”

Dat Fonds Slachtoffer rouw ook bespreekbaar maakt, vinden zij heel belangrijk. “Wij zijn ervan overtuigd dat Fonds Slachtofferhulp de juiste bestemming is voor het restvermogen van onze stichting en dat dit de goede weg is. Ik hoop dat het een mooie rol kan krijgen in de dingen die jullie doen op het gebied van rouw.”